Hoeveel vakantiedagen heeft een werknemer per jaar recht op?
Op Curaçao is dit wettelijk geregeld in de Vakantieregeling. Deze regeling is van toepassing op een ieder, die in dienstverhouding tegen loon arbeid verricht. Deze regeling is niet van toepassing op thuiswerkers en inwonende kinderen van de werkgever.
Ieder jaar heeft de werknemer aanspraak op vakantiedagen van tenminste 3 keer het bedongen aantal werkdagen per week met behoud van loon. Wel moet u onafgebroken werkzaam zijn geweest in dienst van éénzelfde werkgever. Werknemers die 6 dagen per week werken hebben aanspraak op vakantie van tenminste 15 dagen.
Stel dat u 5 dagen per week werkt dan heeft u aanspraak op vakantie van: 3x5 = 15 vakantiedagen met behoud van loon!
Dit is de wettelijke regeling. U kunt altijd tijdens de onderhandelingen meer vakantiedagen overeenkomen. De werknemer dient rekening te houden dat de erkende feestdagen géén vakantiedagen zijn. Deze dagen zijn extra dagen naast uw vakantiedagen.
- De vakantie wordt bij voorkeur onafgebroken verleend.
- Indien de arbeider het verzoekt of de werkzaamheden het wenselijk maken, kan de vakantie worden gesplitst. Tenminste de helft van de vakantie wordt echter aaneensluitend verleend.
- De beslissing omtrent het tijdstip, waarop de vakantie zal ingaan, alsmede die omtrent de tijdvakken, waarin de vakantie overigens zal worden gesplitst berust bij de werkgever. Daarbij dient, voor zover de belangen van het bedrijf en die van het overige personeel dit toelaten, zoveel mogelijk rekening te worden gehouden met de wensen van de arbeider.
Kunnen vakantiedagen waarop aanspraak is verkregen vervallen?
Ja, de aanspraak op vakantie vervalt in drie gevallen:
1. Indien een werknemer in dat jaar wegens ziekte in totaal tenminste zes maanden niet heeft gewerkt;
2. Indien een werknemer wegens het voldoen aan wettelijke verplichtingen zes weken van zijn werk is weggebleven;
3. Door het opsparen van vakantie kunnen vakantiedagen vervallen, indien het maximaal toelaatbare aantal vakantiedagen is overschreden
In welke gevallen kan vakantie worden onderbroken?
De vakantie kan worden onderbroken:
- op verzoek van de werknemer;
- om redenen van bedrijfsbelang;
- ook indien de werknemer bij de aanvang van de vakantie ongeschikt is tot werken dan wel op dat tijdstip of tijdens de vakantie ziek is of wordt, wordt de vakantie, of het nog niet genoten deel daarvan, beschouwd te zijn ingetrokken.
Lees meer in de Vakantieregeling 1949